In gesprek met Nur Ceylan en Dr. Mehmet Refii Kileci van Rumi Kunst Instituut
Nur is opgegroeid te midden van kunst. Als dochter van een kunstenaar, marmert ze al sinds haar zesde. Vader Dr. Mehmet Refii Kileci interesseerde zich ook al jong voor de kunsten: De Ebru-kunst en Arabische kalligrafie. Hij kreeg les van bekende meesters in Istanbul, zoals de Ottomaanse en toonaangevende kalligraaf, Hamid Aytaç en richtte in 2008 in Rotterdam het Rumi Kunst Instituut op. Vader en dochter runnen het samen en verzorgen onder andere cursussen en workshops in deze traditionele kunsten. Ik spreek Nur Ceylan over het doorgeven van cultuur en moslima zijn.
“Nur, kun jij ons iets vertellen over de traditionele kunsten die samenkomen in jullie Rumi Kunst Instituut?
Wij promoten Turkse kunst en cultuur, maar ook Arabische, Chinese en Westerse kalligrafie. Aangezien Nederland een multiculturele samenleving is, willen wij kunstvormen met verschillende etnische achtergronden vertegenwoordigen en hiermee een bijdrage leveren aan deze multiculturele samenleving. In bepaalde kunstvormen zijn we experts, dus op die vormen ligt extra de nadruk. Eén daarvan is de Ebru-kunst.
“Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar nog nooit van heb gehoord! Wat is het?”
Ebru-kunst, oftewel Paper Marbling, is een kunstvorm waarbij je met speciale kwasten verf druppelt of spat, op water. Vervolgens kun je hierin patronen aanbrengen. De kleurpatronen op het water worden op bijvoorbeeld papier, tegels, stof en glas overgebracht. Het is onmogelijk om dezelfde Ebru opnieuw te maken en daardoor is elk kunstwerk uniek.
”Kunst verbindt mensen, je hoeft niet dezelfde taal te spreken als je elkaar vindt in deze veelzijdige taal. Zie je deze verbinding ook in jullie kunstinstituut ontstaan? Komen er bij jullie mensen van verschillende culturen samen?
Het leren en observeren van kunst is een zeer effectieve manier om te leren over -in dit geval- de cultuur die ten grondslag ligt. Door middel van kunst willen wij vriendschappen vormen. Dit gebeurt ook daadwerkelijk! Op ons atelier komen mensen van allerlei afkomsten. ‘’Come, come, whoever you are’’, zegt Rumi. Deze quote van hem past heel goed bij ons. Niet voor niets heten wij het Rumi Kunst Instituut.
“Hoe vinden jullie cursisten het om de Ebru-kunst te leren? Ben je ooit te oud om het te leren?
Of men nu 7 of 70 jaar is, dat maakt niet uit! Het is een rustgevende kunstvorm en heeft zelfs een therapeutische werking. Tijdens de cursussen herinneren wij de cursisten eraan om pauzes te nemen, want dat vergeten ze meer dan eens. Je zou het verslavend kunnen noemen. Bij onze tweedaagse vrij intensieve cursussen, vraag ik ze op de tweede dag altijd even of ze al uitgerust zijn van de dag ervoor. Als antwoord krijg ik vaak: “ik werd niet eens moe”. En dit ondanks dat ze uren achter elkaar bezig zijn geweest.
“Jullie zijn afkomstig uit Turkije, wat is jullie migratieverhaal? Wanneer kwamen jij en je ouders naar Nederland en waarom?”
Mijn vader heeft Koranwetenschappen gestudeerd in Medina en zijn PhD in Istanbul afgerond. In 2001 kwam hij naar Nederland om te werken als docent op een universiteit. Mijn moeder, broers en ik kwamen een jaar later, in 2002. Later is mijn vader hiermee gestopt om meer te focussen op kunst.
“De gemiddelde Nederlander eet na het uitgaan misschien graag kebab en is wellicht wel eens all-inclusive in Alanya geweest, maar dat is natuurlijk niet hetzelfde als iets over Turkije en de Turkse cultuur afweten. Er bestaan zelfs veel vooroordelen.”
Ja, helaas wel. Via de media worden er slechte voorbeelden getoond en dat leidt tot generalisatie. Er wordt één beeld gevormd over alle Turken. We zouden criminele gelukszoekers zijn. Beetje zoals men wel meer niet-Nederlanders ziet. Dat is natuurlijk heel jammer, want die vooroordelen zijn niet gebaseerd op een daadwerkelijke kennismaking met Turken of onze cultuur. Kijk, in elke gemeenschap komt radicalisme voor, ook tussen de moslims, maar dat betekent niet dat je ons maar over één kam kan scheren.
“Heb je weleens direct te maken gehad met iemand die een vooroordeel over jou had?”
Ik was een keer in de mediatheek, op zoek naar een boek, maar kon het niet vinden. Toen ik de medewerker vroeg of hij me kon helpen, keek hij me aarzelend aan. Uiteindelijk ging hij wel op zoek voor me en toen hij het boek aan mij overhandigde vroeg hij vervolgens of ik nog iets anders nodig had. Ik vertelde van niet en bedankte hem. ‘’Als je niks anders nodig hebt moet je de mediatheek verlaten. Het is niet de bedoeling dat je hier blijft hangen’’ was zijn reactie. Ik schrok van deze opmerking! Ik wist vrijwel zeker dat het kwam door mijn geloofsovertuiging. Je ziet immers aan mij dat ik een moslima ben. Ondanks dat ik het recht had om daar te blijven, verliet ik de mediatheek. Ik voelde me geïntimideerd en durfde er niet langer te blijven.
“Je draagt een hoofddoek vanwege je geloofsovertuiging. Helaas wordt dat door sommige politici en hun aanhangers hier in Nederland openlijk afgekeurd. Heeft die negativiteit, zoals je bijvoorbeeld in jouw mediatheekverhaal vertelt, je er wel eens van weerhouden om hem te dragen?”
Absoluut niet. Wat anderen te zeggen hebben over het dragen van een hoofddoek verandert niets voor mij. Ik draag mijn hoofddoek met een bepaalde reden en daar sta ik volledig achter. Ik ben hier trots op en zal het blijven dragen.
“En hoe is dat andersom? Is er druk vanuit je achtergrond dat je je hoofddoek te allen tijde moet dragen, of is het okay om hem, om welke reden dan ook, niet om te doen?
De achterliggende gedachte van een hoofddoek is erg betekenisvol voor mij. Ik draag het omdat dat is wat God van mij vraagt en ik voel me zo veilig. Er is geen reden voor mij die dit zal overtreffen en als gevolg zou hebben dat ik het niet zou dragen. Mocht ik hier anders over denken, dan had ik ook anders gehanteerd. Ik heb gekozen om een hoofddoek te dragen en heb net als iedereen de keuzevrijheid om me te kleden zoals ik wil.
“Men pretendeert vaak te weten dat de hoofddoek staat voor vrouwenonderdrukking, maar uit jouw vorige antwoorden maak ik op dat dat in zijn geheel niet waar is.”
Vrouwen dragen een hoofddoek enkel voor God, omdat Hij het wil. Maar niemand is verplicht om te geloven en zo dus ook niet om een hoofddoek te dragen. Het niet dragen van een hoofddoek kan een vrouw er ook niet van weerhouden een moslima te zijn. Het gaat om de eigen wil van de drager, zodoende is er geen ruimte voor dwang.
Met de dag worden vrouwen met een hoofddoek actiever in het bedrijfsleven, politiek, kunst, etc! Dit zie je bijvoorbeeld in Nederland, maar ook in bijvoorbeeld Turkije en Amerika. Social media heeft hier een grote invloed op en maakt het steeds zichtbaarder. Verder zijn er vele jonge artiesten in Turkije die een hoofddoek dragen en vrij en onafhankelijk leven.
“Met het Gesprek Online hopen we bij te kunnen dragen aan het openbreken van het gesprek en zo vooroordelen en discriminatie te verminderen. Is er nog iets dat je zou willen zeggen?
Dat is heel mooi. Daar streven wij ook naar. Eén van de beste remedies tegen discriminatie en de bijbehorende vooroordelen, is kunst. Op ons atelier komen mensen van allerlei afkomsten en wij verbinden met elkaar. Bij ons kun je tot rust komen en overheerst de positieve energie. Kom gerust eens langs! www.rumikunst.com
No comment yet, add your voice below!